Menu Close

De tijd uitkopen / Redeem the Time

     

Ds. M. DeVries

‘Ziet dan hoe gij voorzichtiglijk wandelt, niet als onwijzen, maar als wijzen, den tijd uitkopende, dewijl de dagen boos zijn’ (Ef. 5:15-16).

De tijd heeft ons onverbiddelijke in zijn greep. Dat blijkt uit onze gesprekken. “Sorry, ik ben te laat!” “Ik had geen tijd.” ”De zomer is voorbij gevlogen!” We klagen dat er gewoonweg te weinig uren in de dag zitten. Dit is iets wat ieder van ons raakt, jong en oud.

Salomo verwoordt het zo mooi in Prediker, hoofdstuk 3: ‘Alles heeft een bestemden tijd, en alle voornemen onder den hemel heeft zijn tijd.’ We zingen het ook in Psalm 90: ‘Dan wenden, dan verdwijnen onze jaren; wij zien hen, als gedachten, henenvaren.’

Wat doen we met de tijd? Leven we gewoon zoals de wereld leeft – we drijven mee en leven voor het moment? Verkwanselen we het kostbare geschenk van de tijd? Zien we Gods bedoeling met de tijd niet? De apostel Paulus spoort ons aan om voorzichtiglijk te wandelen en de tijd uit te kopen!

   

De tijd uitkopen

De roeping om de tijd uit te kopen, klinkt als een vreemde vermaning.[1] Het betekent letterlijk “de tijd kopen.” Het gaat om onze tijdsbesteding. De gedachte is dat we daadwerkelijk gebruik maken van de gelegenheden die de Heere ons geeft.

We moeten niet vergeten dat de tijd in het begin door God geschapen is. Hoewel Hij eeuwig is, boven de tijd, schiep Hij de tijd als een deel van deze aardse schepping. De hele schepping, en wij met haar, zijn gebonden aan de tijd. Het is een onontkoombaar deel van ons leven en regeert ons als een tiran. De mens, in zijn ijdele verbeelding, droomt ervan om aan de greep van de tijd te ontsnappen door middel van een “tijdmachine” of een “Fontein der Jeugd.”[2] Maar de tijd beheerst ons gehele leven, alles wat we doen en de hele schepping waarin we leven. Alles wordt beheerst door het verstrijken van momenten, van uren, dagen, weken, maand, jaren. Reeds als kleine kinderen kijken we al snel naar de klok. We vinden onszelf te druk. We lijken nooit genoeg tijd te hebben.

Buiten Christus is tijd een vijand! Tijd in onze gevallen wereld betekent verandering, dood, verval, verwoesting. De tijd draagt de mens naar het graf. Buiten Christus zouden we alleen maar kunnen uitroepen: ’IJdelheid der ijdelheden; het is al ijdelheid’ (Pred. 1:2).

Maar de apostel spreekt hier over de tijd met het oog op de uitleg, de betekenis ervan in het licht van Gods voornemen. Hij gebruikt een woord dat ons naar de tijd laat kijken, zoals het door God wordt gebruikt om Zijn eeuwige voornemen ten uitvoer te brengen. Het doel van de tijd is het einde van deze wereld, de wederkomst van onze Heere Jezus Christus, de volledige verwezenlijking van Zijn Koninkrijk.

We worden geroepen om déze tijd uit te kopen. En dat kan, want in het middelpunt van de tijd en de geschiedenis staat het kruis. In de volheid des tijds kwam Christus en door Zijn kruis en opstanding kocht[1] Hij de tijd uit. Hij regeert nu, verheven als de Heere van de tijd. Hij leidt alle dingen met het doel om Zijn kerk te vergaderen en tot de komst van Zijn koninkrijk in de nieuwe hemelen en de nieuwe aarde, waar geen tijd meer zijn zal.

Maar wij als Zijn kinderen vervolgen nu onze pelgrimsreis door de tijd. En onze roeping is om de tijd uit te kopen! Als we dat niet doen, leven we gewoon zoals de wereld leeft. We richten ons hart op de dingen die beneden zijn, die voorbijgaan. We vinden geen ware vrede, geen echte tevredenheid. En daar onze dagen snel voorbijgaan, zal de tijd ons wegvagen naar de ijdelheid van het graf.

Nadat we, door genade en de Geest van God, een nieuw leven, dat is het leven van Christus, ontvangen hebben en verlost zijn door het bloed des kruises, kopen we de tijd uit. We zien alle dingen in het licht van de Schrift. We begrijpen dat tijd de komst van Gods koninkrijk dient. En we leven met opgeheven hoofden, verlangend naar de dag van Christus’ wederkomst die dat Koninkrijk inluidt.

Dan worstelen we om de tijd te gebruiken in dienst van het koninkrijk. Onze hoop en verlangens zijn gericht op de dingen van het Koninkrijk der hemelen. Praktisch gezien betekent dit, dat de kerk in het middelpunt van ons leven zal staan. Het Koninkrijk en de zaak van God openbaren zich, nu in de tijd en door de geschiedenis heen, in het leven en de verlossing van de kerk. Hieraan gedachtig zullen we het welzijn van de kerk zoeken.

We zullen ijverig in onze dagelijkse roeping zijn om in de nooddruft van onze verbondswoningen en de zaken aangaande Gods Koninkrijk te voorzien. We zullen ons verheugen in de gemeenschap met onze medeheiligen, zodat we wederzijds op onze pelgrimsreis bemoedigd mogen worden. We zullen betrokken zijn bij het leven en de activiteit van de kerk, omdat zij onze verbinding is met Christus en Zijn Koninkrijk. Het uitkopen van de tijd omvat elk gebied van het leven – ons werk, onze ontspanning, ons huis, ons onderwijs, onze kerk.

     

Wandel voorzichtiglijk

Om dit te doen zijn we geroepen om ‘voorzichtiglijk’ te wandelen, ‘niet als onwijzen, maar als wijzen.’ Een wijs man is iemand die rekening houdt met de werkelijkheid en zijn leven daarop aanpast. Een ‘onwijze’ daarentegen is iemand die, hoewel hij beter weet, de werkelijkheid ontkent en leeft op een wijze die daarmee in strijd is. De werkelijkheid is dat, buiten Christus, de tijd onder de vloek van de eeuwige God staat en leidt tot dood en oordeel. De werkelijkheid is dat de tijd door Christus is uitgekocht. Hij komt haastig om Zijn eeuwige Koninkrijk te verwezenlijken.

Maar een onwijze, hoewel hij zich bewust is van deze werkelijkheid, negeert het. Hij blijft eten, drinken en zich vrolijk maken, alsof deze wereld altijd blijft. Bewust richt hij zijn hart op de dingen die vergaan, de geneugten en schatten van deze wereld.

Het is duidelijk dat allen die niet tot Christus behoren ‘onwijzen’ zijn. Hoe intelligent of rijk ze ook zijn, het zijn dwazen! Hoe opzienbarend hun aardse prestaties ook zijn, ze zijn dwazen. Ze negeren de werkelijkheid en waggelen blindelings door het leven en storten zich uiteindelijk in het oordeel.

Maar de wijzen zijn anders, doch niet van nature. Nadat zij, uit genade, verlost zijn geworden en verlicht door het Woord en Gods Geest, en van God wijsheid van boven hebben ontvangen, nemen de wijzen de tijd waar. Ze zijn in staat om te zien dat deze wereld voorbijgaat met zijn begeerlijkheden. Rekening houdend met de werkelijkheid, worstelen zij om te wandelen als kinderen des licht. Volgens dit Woord van God wandelen zij ‘voorzichtiglijk’. Dat betekent dat ze, geestelijk gesproken, hun ogen wijd open hebben en overal om zich heen kijken. In tegenstelling tot de waggelende onwijze, lopen de wijzen heel voorzichtig en vermijden ze de geestelijke valkuilen en valstrikken.

Omdat ze wijs zijn, kopen gelovigen de tijd uit. Ze klampen zich aan Christus en Zijn kruis vast. Zij verheugen zich in de kracht van Zijn opstanding die verlost van de tand des tijds. Zij verlangen naar de dag van Christus’ wederkomst, wanneer geen tijd meer zijn zal. Ondertussen werken de wijzen voor het welzijn van Zijn kerk, terwijl ze hun pelgrimsreis voortzetten.

Wandelt u voorzichtiglijk, koopt u de tijd uit? Elke dag komen er gelegenheden op ons pad. Gebruik die gelegenheden! Laat ze niet voorbij glippen in de stroom van de tijd! Dit geldt voor ons allemaal, ongeacht onze leeftijd.

Kinderen krijgen tijd, tijd die ze moeten uitkopen. Nu is het de tijd om te leren, om de wijsheid van Gods Woord te leren, gehoorzaamheid te leren. Wat een verspilling van tijd door uren door te brengen met het spelen van videogames of door tv kijken!

Jonge mensen, God geeft jullie tijd, tijd om uit te kopen. Johannes schrijft: ‘Ik heb u geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk, en het Woord Gods blijft in u, en gij hebt den boze overwonnen (1 Joh. 2:14b). Nu is de tijd om sterk te worden, geestelijk sterk. Verzin geen smoesjes — “Ik heb geen tijd om mijn catechismus te leren; Ik heb geen tijd om me voor te bereiden op jeugdvereniging.” Nu is het de tijd om in jullie eigen hart en geest overtuigd te worden van de waarheid!

Ouders, het is nu de tijd om u in te zetten voor het geestelijke welzijn van uw huis. Koop de tijd uit, de kostbare tijd om op te voeden, onderricht de kinderen, door woord en door voorbeeld, in de weg die ze moeten gaan. God geeft ons kinderen niet alleen om hen te voeden, te kleden en te vermaken. Gebruik de tijd die God geeft om hen Gods wonderbaarlijke werken te leren.

Laten wij allen, ongeacht onze leeftijd, positie en omstandigheden, in ons hele leven, de tijd uitkopen. Laten we leven en werken met het oog op Gods Koninkrijk en het welzijn van Zijn kerk. Help, bemoedig, vermaan en sticht elkander. Bid voor elkaar, voor Christus’ kerk en voor de komst van Zijn Koninkrijk. Gebruik elke tijd van het leven, elke ervaring van het leven, tot het allergrootste voordeel, in de vreze Gods!

   

Dewijl de dagen boos zijn

De apostel benadrukt de hoge noodzakelijkheid van deze roeping. ‘Den tijd uitkopende, dewijl de dagen boos zijn’! Zij bevonden zich toen in de donkere dagen van het Romeinse rijk. De dagen zijn vandaag de dag nog bozer, hoewel de mens in zijn trots pocht dat de dingen altijd en alleen maar beter worden en verbeteren. Dit is ook het denken van de onwijzen die de werkelijkheid negeren. Naarmate de tijd vordert, worden de dagen steeds bozer. Door de verbazingwekkende vooruitgang in de wetenschap en de technologie wordt de zonde meer en meer overvloedig, omdat de goddeloze mens alle dingen gebruikt in opstand tegen God. De beker der ongerechtigheid vult zich snel. Als we zien en horen wat er vandaag gebeurt, verbaast het ons dat Christus nu niet wederkomt ten oordeel.

Denk maar aan de boosheid van onze dagen – de wetteloosheid, het geweld, de zedeloosheid, de afval, de vervolging! De dagen zijn boos! Wie kan dat ontkennen? Het is voor de wijzen een waarschuwing om hun hart niet op het aardse te richten. In plaats daarvan zien ze uit naar de hieraan verbonden wederkomst van de Heiland.

We voelen dat dit alles hoogstnoodzakelijk is, nietwaar? Wandel voorzichtig, niet als onwijzen, ‘maar als wijzen, den tijd uitkopende, dewijl de dagen boos zijn’! Laten we daartoe de genade van God zoeken. Want we moeten bekennen dat we vaak zo jammerlijk tekortschieten. We verspillen zoveel tijd. We laten zoveel gelegenheden onbenut. We zijn zo vaak ellendige rentmeesters die maar weinig tijd hebben voor de belangrijkste dingen, namelijk de geestelijke dingen.

Dit is niet het moment om zorgeloos te wandelen! De boosheid van onze dagen zou moeten dienen tot een krachtige aansporing om voorzichtiglijk te wandelen en de tijd uit te kopen. Zie op Christus, de overste Leidsman onzer zaligheid. Zie en bid. Hoor Zijn Woord: ‘Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige’ (Openb. 1:8).

The Standard Bearer, jaargang 96, nummer 1, 1 oktober 2019

Voor meer Nederlandstalige artikelen, klik hier.

[1] In het Engels staat: redeem. Dit betekent vrijkopen of loskopen; kopen door een prijs (vert.)
[2] Een boek van Peter Kelder uit 1992 behelzende vijf oude Tibetaanse oefeningen om jong, gezond en vitaal te blijven.
Show Buttons
Hide Buttons