Ds. Stewart
Verandering is een wezenlijk onderdeel van onze geschapen en gevallen wereld. Er zijn veranderingen in het weer, de economie en technologie. Sommige veranderingen onder de volkeren zijn bijzonder smartelijk en zelfs dodelijk: oorlogen, ziekten en hongersnoden. We zouden kunnen zeggen dat het nieuws bijna allemaal over verandering gaat.
Denk aan de vele veranderingen in uw eigen leven. Ooit was u een klein, ongeboren kind in de baarmoeder van uw moeder. Ongeveer negen maanden na uw ontvangenis bent u geboren. U groeide van zuigeling tot kind en tot tiener, totdat u volwassen werd. Op oudere leeftijd begint ons haar dunner te worden of uit te vallen en onze kracht vermindert.
Er zijn veranderingen in iemands gezinsleven, zoals het verlaten van de ouders om naar de universiteit te gaan of om de eerste baan te beginnen. Het menselijk leven bestaat meestal uit trouwen, kinderen krijgen en ze het huis te zien verlaten. De latere jaren van velen hebben betrekking op kleinkinderen, zwaar verlies en zelfs weduwschap. Er zijn ook andere veranderingen, zoals werkloosheid of gezondheidsproblemen, voor u of uw dierbaren, of beide!
We ervaren ook grote veranderingen, zowel op als neer, in hoe we ons voelen. Op het ene moment boos, bedroefd, ongelukkig, ellendig of eenzaam, maar bedaard, bemoedigd, opgetogen of vreugdevol op een ander moment. Zelfs in onze verhouding met de God van onze zaligheid zijn we soms dicht bij Hem, terwijl we op andere momenten ver weg lijken.
De auteur van Psalm 102 schrijft veel over verandering, benauwende verandering. Het opschrift luidt: “Een gebed des verdrukten, als hij overstelpt is, en zijn klacht uitstort voor het aangezicht des HEEREN.” Hij werd gesmaad door zijn “vijanden” (9) en ervoer “benauwdheid” (3): “Want mijn dagen zijn vergaan als rook, en mijn gebeenten zijn uitgebrand als een haard. Mijn hart is geslagen en verdord als gras, zodat ik vergeten heb mijn brood te eten. Mijn gebeente kleeft aan mijn vlees, vanwege de stem mijns zuchtens” (4-6).
Gods Hand was zwaar op hem. Al zijn smart was “vanwege Uw verstoordheid en Uw groten toorn; want Gij hebt mij verheven en mij weder nedergeworpen” (11). Psalm 102 geeft op verschillende manieren weer dat de kerk ook donkere dagen beleefde. De troost van de psalmist in dit alles is vooral één Goddelijke eigenschap of volmaaktheid: Gods onveranderlijkheid. Ook voor ons is dit leerzaam!
Gods onveranderlijkheid wordt hier zeer krachtig weergegeven, niet alleen tegen verontrustende veranderingen voor de psalmist en de kerk, maar zelfs tegen de twee dingen die het meest stabiel lijken in onze wereld. Wat zijn dat? De aarde beneden ons en de hemel boven ons. Beneden ons is de aarde, vast en hecht. De dingen op aarde veranderen: bomen verliezen hun bladeren, dieren sterven en huizen worden gebouwd op nieuwe stukken land. Maar de aarde zelf is bestendig. De hemel is ook een toonbeeld van bestendigheid. Ja, wolken bewegen zich voort aan de hemel, terwijl de zon, maan en planeten in de ruimte reizen, maar de hemel zelf is grotendeels onveranderd.
Maar zelfs de hemel en de aarde veranderen, vooral aan het begin van dit tijdperk en het einde ervan. Zowel hemel als aarde zijn geschapen, uit niets tot stand gebracht: “Gij hebt voormaals de aarde gegrond, en de hemelen zijn het werk Uwer handen” (26). Zowel hemel als aarde zullen radicaal veranderd worden bij de wederkomst van Jezus Christus: “Die zullen vergaan …” ja, “zij alle zullen als een kleed verouden, Gij zult ze veranderen als een gewaad, en zij zullen veranderd zijn” (27). Zij zullen niet vernietigd worden, maar vernieuwd tot de nieuwe hemelen en de nieuwe aarde (Jes. 65:17; 66:22; 2 Petr. 3:13; Openb. 21:1).
Hemel en aarde zijn door de Almachtige uit niets geschapen (Ps. 102:26) en zullen aan het einde van dit tijdperk heerlijk vernieuwd worden (27), “Maar Gij zijt Dezelfde” (28), want de HEERE is de onveranderlijke God! De Allerhoogste is “Dezelfde” als Hij was of is in Zijn eeuwige tijdloosheid als de ongeschapen Schepper. Er heeft zich volstrekt geen verandering in Hem voltrokken in het verleden en dat zal in de toekomst ook nooit gebeuren. Hij is onveranderlijk vóór de schepping, na de schepping, in de tijd van de psalmist, in onze tijd, en wanneer Hij de hemel en de aarde op de laatste dag verandert, want “zij zullen veranderd zijn: maar Gij zijt Dezelfde” (27-28)!
Jakobus verklaart: “Alle goede gave en alle volmaakte gift is van boven, van den Vader der lichten afkomende, bij Welken geen verandering is of schaduw van omkering ” (1:17). “Verandering” wordt in de sterrekundig gebruikt, verwijzend naar de hemellichamen. Zelfs de sterren veranderen, nemen toe of nemen af, maar bij God is er “geen verandering”. “Schaduw van omkering” is ook een uitdrukking uit de wereld van de sterrekunde. De hemellichamen werpen schaduwen en er zijn schaduwen op de maan. Maar bij God is er “geen verandering” en zelfs geen “schaduw van omkering”. Hij is immers “de Vader der lichten”. Dit is weer een sterrekundige toespeling, dit keer op de zon. Voor Hem als de oneindig Gezegende en Volmaakte geldt: “dat God een Licht is en gans geen duisternis in Hem is” (1 Joh. 1:5). Bij de God, Die licht is en “de Vader der lichten”, kan er “geen veranderlijking” of zelfs maar een “schaduw van omkering” zijn, want Hij is volstrekt en oneindig onveranderlijk.
Maleáchi 3:5 spreekt over Israëls tovenarij, overspel, vals zweren, onderdrukking en gebrek aan vreze des Heeren. We zouden hier alle zonden van de kerk van alle tijden aan kunnen toevoegen, inclusief onze eigen ongerechtigheden. Als God ooit reden had om te veranderen door op te houden om de kerk lief te hebben en de kerk te gaan haten, dan is het hier. Maar wat lezen we? “Want Ik, de HEERE, word niet veranderd; daarom zijt gij, o kinderen Jakobs, niet verteerd” (6). Dit is een zeker bewijs dat de ware en levende God absoluut onveranderlijk is! Onze verlossing in Christus is voor altijd zeker, want de God van de eeuwige uitverkiezing, krachtdadige verlossing en onwederstandelijke wedergeboorte zal en kan niet veranderen.
Covenant Reformed News – Mei 2022 • Jaargang XIX, Nummer 1